Contact | |||||||||
Home | |||||||||
webdesign: djRrrong for undone productions | |||||||||
Verzekeringsraden De Verzekeringsraden moesten bij de uitvoering van de sociale zekerheidswetten door de Raden van Arbeid op hen toezicht houden, vergelijkbaar met de controle die Gedeputeerde Staten over het bestuur van de gemeenten uitoefenden. Ze konden zo nodig besluiten voor schorsing of vernietiging voorleggen aan de minister en konden trachten geschillen tussen RvA bij te leggen. Minister P.J.M. Aalberse had in 1919 besloten om twee Verzekeringsraden in te stellen, in Den Haag en Arnhem. Iedere raad bestond uit drie door de Kroon benoemde bezoldigde leden, waaronder de voorzitter, en uit vier onbezoldigde leden. De voorzitters en de bezoldigde leden werden in juni 1919 benoemd. De voorzitter had de dagelijkse leiding en voerde de besluiten van de Verzekeringsraad uit. De bezoldigde leden waren deskundigen op het gebied van verzekeringen zoals rechtsgeleerden en geneeskundigen. Den Haag In 1923 werd de Verzekeringsraad Arnhem opgeheven. Den Haag (na 1923) Volgens de Ziektewet 1913 hadden de Verzekeringsraden een aantal speciale taken. Ze hadden de plicht, voorzover binnen hun vermogen, de volksgezondheid te bevorderen. Ze konden hiertoe bij de Raad van Arbeid aandringen op samenwerking. In de tweede plaats kon een Verzekeringsraad aangewezen worden als scheidsrechter voor geschillen tussen een erkend ziekenfonds en de daaraan verbonden geneeskundigen of apothekers en voor geschillen tussen een erkend ziekenfonds en een RvA. De uitvoering van de ZW liet tot 1930 op zich wachten. In 1934 werden de enig overgebleven Verzekeringsraad vanwege bezuinigingen opgeheven. Meer informatie: Verzekeringsraden (ING) Uitvoeringsorganen sociale zekerheid Betreffende de Raden van Arbeid Geschiedenis verzorgingsstaat Danièle Rigter Deze pagina is een initiatief van historisch onderzoeksbureau Ecade en maakt onderdeel uit van het project Geschiedenis van de Raden van Arbeid |
|||||||||